Breng mij naar het informatiepaneel!
In de nacht van 3 op 4 juli 1941 lanceerde Bomber Command twee aanvallen. De eerste betrof een aanval van 90 bommenwerpers op Essen. De tweede aanval betrof een bombardement op Bremen, uitgevoerd door 69 toestellen, waaronder zeven van het Poolse RAF 301 (Ziemi Pomorskiej) Squadron. De bommenwerpers dropten tussen 01:05 en 02:20 uur hun bommen boven het doel om vervolgens terug te keren.
Eén van de zeven Vickers Wellington bommenwerpers van RAF 301 (Ziemi Pomorskiej) Squadron die die avond opsteeg was Wellington R1492 GR-M. Piloot Wacław Butkiewicz had voor vertrek nog een co-piloot nodig, dus sprong Group Captain Bolesław Stachoń aan boord en steeg de Wellington om 22:53 uur op van vliegbasis RAF Syerston. Gehuld in het donker zetten zij koers richting Bremen.
Voor meer informatie over de bemanning van Wellington R1492 GR-M, klik op onderstaande uitvouwbare balk.
Flying Officer Wacław Butkiewicz
Wacław Butkiewicz werd geboren op 15 september 1909 in Wilno, Polen.
Toen Wacław zich bij de Royal Air Force voegde, kreeg hij identificatienummer 'P76646'.
Bij de RAF werd Wacław ingedeeld bij RAF 301 Squadron, welke bestond uit Poolse vliegers. Hier vloog hij als piloot van een Vickers Wellington de volgende missies:
-
2 op 3 maart 1941; Brest, in Wellington R1026
-
13 op 14 maart 1941; Rotterdam, in Wellington R1227
-
7 op 8 april 1941; Kiel, in Wellington R1227
-
25 op 26 april 1941; Kiel, in Wellington R1227
-
16 op 17 mei 1941; Keulen, in Wellington W5613
Op 18 mei 1941 werd Wacław naar RAF Mildenhall gestuurd voor een cursus.
-
12 op 13 juni 1941; Osnabrück, in Wellington R1349
-
16 op 17 juni 1941; Duisburg, in Wellington R1349
-
25 op 26 juni 1941; Bremen, in Wellington X9616
-
3 op 4 juli 1941; Bremen, in Wellington R1492 (van deze missie keerde de bemanning niet terug)
Tijdens de laatste missie van Wacław wist hij tijdig het toestel te verlaten. Hij werd al snel gevangengenomen en afgevoerd naar een krijgsgevangenenkamp.
Na de bevrijding uit het krijgsgevangenenkamp keerde Wacław terug naar Engeland. Hij nam de Britse nationaliteit aan en woonde in Salford, Lancashire. Hier kwam hij op 15 november 1961 te overlijden. Wacław werd begraven te Manchester.
Wacław werd onderscheiden met Order Wojenny Virtuti Militari (Oorlogsmedaille voor Militaire Deugdzaamheid, de hoogste Poolse onderscheiding), tweemaal de Krzyż Walecznych (Kruis van Heldhaftigheid) en Odznaka Za Rany i Kontuzje (Badge Wonden en Letsels)
Group Captain Bolesław Feliks Stachoń
Bolesław Feliks Stachoń werd geboren op 18 mei 1897 als zoon van Wojciech Stachoń en Honorata Dobrowolska. Bolesław was de broer van Stefania (1894), Karolina (1895), Władysław (1902) en Maria (1918). Het gezin woonde in Wola Wadowska, Mielec, Polen.
Hij ging naar de middelbare school in Dębica, waar hij in 1915 slaagde voor zijn eindexamen. Tevens was hij actief in het Dębica Schiet Team. Vervolgens studeerde hij af aan de faculteit Werktuigbouwkunde van de Lviv Technische Universiteit.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Bolesław op 15 oktober 1915 ingelijfd bij de Imperial-Royal Home Defense en diende in het 17e Home Defense Infantry Regiment . Nadat hij was afgestudeerd aan de infanterieofficiersschool in Lubaczów (maart 1916), werd hij naar het Italiaanse front gestuurd als onderdeel van het 33ste Home Defense Infantry Regiment, dat het jaar daarop werd omgedoopt tot Rifle Regiment No. 33. Vervolgens keerde Bolesław terug naar Polen en vanaf 8 november 1918 voerde hij het bevel over de mitrailleurcompagnie van het vervangingsbataljon "Ziemia Ropczycka", waarmee hij Przemyśl bereikte.
Van november 1918 tot december 1919 voerde Bolesław het bevel over een compagnie en een bataljon in het Ropczyce Land Regiment en daarna in het 37e Łęczyca Land Infanterie Regiment. Op 25 februari 1920 werd hij voorwaardelijk per 1 december 1919 benoemd tot luitenant bij de infanterie. Hij nam deel aan de Pools-Oekraïense en Pools-Bolsjewistische oorlogen. Bolesław vocht in de Kiev expeditie en de Slag om Warschau. Hij onderscheidde zich vooral in gevechten aan het Oekraïense front, waarvoor hij later de Orde van Virtuti Militari ontving.
Bolesław raakte gewond bij Płońsk op 18 augustus, en na zijn herstel werd hij op 20 september ingedeeld bij het reservebataljon van het 37e Regiment Infanterie als commandant van een mitrailleurcompagnie. Op 30 november van dat jaar werd hij met verlof gestuurd om zijn studie af te maken. Op 1 augustus 1921 keerde Bolesław op eigen verzoek terug in dienst bij het reservebataljon van het 37e Regiment Infanterie.
Op 27 oktober van dat jaar werd Bolesław ingedeeld bij de cursus voor bataljonscommandanten in het hoofdopleidingscentrum voor infanterie in Rembertów. Op 3 mei 1922 werd hij gekeurd als kapitein en zijn basiseenheid was het 72e Regiment Infanterie in Rado. In hetzelfde jaar studeerde Bolesław af aan de Lagere Piloten School in Bydgoszcz en de Piloten Academie in Grudziądz.
Op 12 januari 1923 nam Bolesław van Capt. Władysław Kalkus het commando over van het 6e Inlichtingen Squadron. Van december 1923 tot 15 juli 1924 werkte hij bij Afdeling IV van het Ministerie van Militaire Zaken. In augustus van dat jaar droeg hij het commando over het squadron over aan Capt. obs. Zygmunt Pistel en werd hij overgeplaatst naar de Central Aviation Works in Warschau als testpiloot. In 1925-1926 was Bolesław testpiloot bij de Poolse inkoopmissie in Parijs. Vervolgens bekleedde hij de functie van commandant van het luchtpark in het 11e Gevechtsregiment in Lida en het 6e Luchtvaartregiment in Lviv.
Op 12 april 1927 werd Bolesław benoemd tot majoor vanaf 1 januari 1927 en de 6e plaats in het officierskorps voor de luchtvaart. Op 30 juni van dat jaar werd hij op eigen verzoek overgeplaatst naar de reserve. Op 24 augustus 1927 werd het bevel van de president van de Republiek Polen om hem over te plaatsen naar de reserve ongeldig verklaard. In de jaren 1928-1929 was Bolesław hoofd vliegerij aan de Centrale School voor Onderofficier Luchtvaartpiloten in Bydgoszcz, en in de jaren 1929-1932 commandant van de Luchtvaartschool voor Schieten en Bombarderen in Grudziądz. Op 7 januari 1930 werd hij toegewezen aan een drie maanden durende cursus voor luchtvaart stafofficieren aan het War College.
In oktober 1931 voltooide Bolesław een zweefvliegcursus en in september 1932 behaalde hij de C-categorie van zweefvlieger in Bezmiechowa. Hij nam deel aan de oprichting van het zweefvliegen in Polen: hij was medeorganisator van het Militaire Zweefvliegkamp in Ustjanowa en diende daar als commandant van de 1e Zweefvliegcursus (juni 1934), hij vertaalde het Duitse leerboek, "Practical Handbook of a Glider Pilot" (E. Bachem), het was het eerste handboek van dit type dat in Polen werd gepubliceerd.
Op 5 maart 1934 werd Bolesław bevorderd tot luitenant-kolonel vanaf 1 januari 1934. Op 18 januari 1936 werd hij ontslagen als schoolcommandant en ter beschikking gesteld van de commandant van de 3e Luchtvaartgroep, met een gelijktijdige aanstelling in Moskou als hoofd van de luchtmissie. Van 5 mei 1936 tot augustus 1939 voerde Bolesław het bevel over het 4e luchtvaartregiment in Toruń. In de tussentijd voltooide hij een voorlichtingscursus aan het Infanterie Training Centrum in Rembertów (19-31 oktober 1936) en de 1e Cursus van de Hogere Luchtvaart School in Warschau (1 november 1936 - 3 november 1937). Bolesław werd benoemd tot kolonel op 19 maart 1939.
In de jaren 1936-1939 was Bolesław lid van de Pommerse Aero Club. Hij was een zeer veelzijdig piloot, van lichte toeristenvliegtuigen en zweefvliegtuigen, via observatievliegtuigen en lijnvliegtuigen, tot jachtvliegtuigen en meermotorige bommenwerpers. Hij was de eerste piloot van rotorvliegtuigen in Polen. Hij bracht het aangeschafte Cierva C.30A gyroplane van Engeland naar Polen en landde na een moeilijke vlucht (in winterse omstandigheden) in Warschau op 10 december 1934.
De aankomst van Cierva C.30A SP-ANN, gevlogen door Colonel Bolesław Stachoń
In de campagne van september 1939 voerde Bolesław het bevel over de luchtmacht en luchtafweer van het 'Pommerse' leger. Hij evacueerde naar Roemenië. Op de Poolse ambassade in Boekarest leidde hij (oktober - november) de overplaatsing van Poolse piloten naar Frankrijk.
Hij sloot zich aan bij de Poolse gedetacheerde luchtmacht binnen de Royal Air Force en kreeg identificatienummer '76608'. Op 18 december 1939 kreeg Bolesław het commando over het Poolse eenheid te RAF Eastchurch in Groot-Brittannië en op 1 juli 1940 werd hij overgeplaatst naar de positie van commandant van het RAF Bramcote. Ook werd hij benoemd tot Station Commanding Officer van RAF Swinderby.
De staff van de Poolse luchtmacht (met helemaal links Bolesław) inspecteert de Poolse RAF eenheid op RAF Eastchurch
Bron: The Polish 'Few': Polish Airmen in the Battle of Britain, pagina 99
Niet veel later kreeg Bolesław het bevel over twee Poolse Squadrons binnen de Royal Air Force, 300 en 301 Squadron, die beide op zijn verzoek vlogen met de Wellington.
Te oud en te hoog in rang werd hem verboden mee te vliegen. Toch greep hij elke kans die hij kreeg om mee te gaan op missie met zijn 'jongens'. Dit werd hem in de nacht van 3 op 4 juli 1941 fataal.
Bolesław werd overleeft door zijn vrouw, Jadwiga Maria Konopińska, en zoontje Zygmunt Stachoń (1927). Na de oorlog werd de lagere school in zijn geboorteplaats naar hem vernoemd.
Flying Officer Julian Stefan Palka
Julian Stefan Palka werd geboren op 30 december 1911 in Chrzanów, Polen.
Voor de oorlog begon, meldde Julian zich aan voor bij de Poolse luchtmacht. Hier werd hij opgeleid tot waarnemer. Uiteindelijk werd Julian toebedeeld aan 42nd Reconnaissance Squadron.
Op 1 september 1939 werd de eenheid ingezet tegen de aanvallende Duitse troepen. De bemanning van piloot Perkowski, waarnemer Palka en schutter Tracz, vliegende in een PZL.23 Karaś lichte bommenwerper, vlogen naar de omgeving van Brodnica om daar de Duitse troepenbewegingen te observeren.
Een Poolse PZL.23 Karaś
Na de overgave van Polen verliet Julian op een onbekende wijze zijn land.
Op 4 januari 1940 meldde Julian zich aan voor bij de Royal Air Force. Hier kreeg hij identificatienummer 'P76648'.
Bij de RAF werd Julian ingedeeld bij RAF 301 Squadron, welke bestond uit Poolse vliegers. Hier vloog hij als navigator van een Fairey Battle en Vickers Wellington de volgende missies:
-
21 september 1940; vernietigen van schepen en schuiten, in Battle L5539
-
9 oktober 1940; vernietigen van schepen en schuiten in quadrant G.C. 37, in Battle L5539
-
22 op 23 december 1940; Antwerpen, in Wellington R1026
-
16 op 17 juni 1941; Duisburg, in Wellington R1349 (onderweg werd het toestel aangevallen door een Duitse Bf 110 nachtjager. Er ontstonden twee kleine branden aan boord, die de bemanning met succes wist te doven. Desondanks besloot de bemanning vroegtijdig terug te keren en landden het toestel zonder landingsgestel)
-
3 op 4 juli 1941; Bremen, in Wellington R1492 (van deze missie keerde de bemanning niet terug)
Tijdens de laatste missie van Julian wist hij tijdig het toestel te verlaten. Hij werd al snel gevangengenomen. Julian werd eerst afgevoerd naar Dulag Luft, in Frankfurt, waar hij werd verhoord. Vervolgens ging hij naar Offlag (Offizierslager) VII C, in Laufen, waar hij een maand verbleef (van 18 juli tot 18 augustus 1941). Hierna werd Julian verplaatst naar Offlag X C, te Lübeck, waar hij verbleef van 20 augustus tot 8 oktober 1941.
Vervolgens werd Julian overgeplaatst naar Offlag VI B, te Warburg. Hier verbleef hij van 9 oktober 1941 tot 4 september 1942 om vervolgens verplaatst te worden naar Offlag XXI A te Szubin. Hier verbleef hij van 5 september tot 16 september 1942 om daarna verplaatst te worden naar Stalag Luft 3, te Sagan, waar hij verbleef van 17 september 1942 tot 27 januari 1945.
Op 27 januari 1945, net voor middernacht en vlak voordat de Russisch troepen naderden, marcheerden de krijgsgevangenen uit het kamp. Uiteindelijk werden de gevangen verdeeld over andere kampen. De laatste groep van 1,916 werd per trein vervoerd naar het kampencomplex Marlag und Milag Nord te Tarmstedt, waar zij op 4 februari 1945 arriveerden.
Hier werd Julian op 10 april 1945 bevrijdt.
Na de bevrijding uit het krijgsgevangenenkamp keerde Julian terug naar Engeland. Hij nam de Britse nationaliteit aan en woonde in Nottingham, Nottinghamshire. Hier kwam hij op 11 september 1987 te overlijden.
Sergeant Antoni Kazimierz Dydo
Antoni Kazimierz Dydo werd geboren op 3 november 1915 in Zaduszniki, Mielec, Polen.
In februari 1940 meldde Antoni zich aan voor bij de Royal Air Force. Hier kreeg hij identificatienummer 'P780826'.
Bij de RAF werd Antoni ingedeeld bij RAF 301 Squadron, welke bestond uit Poolse vliegers. Hier vloog hij als radiotelegrafist van een Fairey Battle en Vickers Wellington de volgende missies:
-
19 september 1940; vernietigen van schepen en schuiten, in Battle L5535
-
9 oktober 1940; vernietigen van schepen en schuiten in quadrant G.C. 37, in Battle L5535
-
22 december 1940; Antwerpen, in Wellington R1227
-
15 februari 1941; vernietigen van schepen en schuiten in quadrant G.C. 29, in Wellington L7819
-
24 op 25 april 1941; Le Havre, in Wellington R1348
-
2 op 3 mei 1941; Hamburg, in Wellington R1348
-
4 op 5 mei 1941; Brest (twee Duitse kruisers aanwezig in de haven), in Wellington R1348
-
6 op 7 mei 1941; Hamburg, in Wellington R1348
-
16 op 17 mei 1941; Keulen, in Wellington R1348
-
11 op 12 juni 1941; Düsseldorf, in Wellington R1348
-
25 op 26 juni 1941; Bremen, in Wellington R1492
-
29 op 30 juni 1941; Bremen, in Wellington R1492
-
3 op 4 juli 1941; Bremen, in Wellington R1492 (van deze missie keerde de bemanning niet terug)
Tijdens de laatste missie van Antoni wist hij tijdig het toestel te verlaten. Hij raakte lichtgewond en werd al snel gevangengenomen. Antoni werd eerst afgevoerd naar Dulag Luft, in Frankfurt, waar hij werd verhoord. Vervolgens ging hij naar Offlag (Offizierslager) IX C, in Bad Sulza. Hier verbleef hij van 24 juli 1941 tot 1 mei 1942.
Hierna werd Antoni overgeplaatst naar Stalag Luft III in Sagan waar hij verbleef van 3 mei 1942 tot 6 mei 1942 om vervolgens verplaatst te worden naar Stalag Luft I in Barth. Hier verbleef hij van 9 mei 1942 tot november 1943.
Vervolgens werd Antoni overgebracht naar Stalag IV B in Mülberg, waar hij verbleef van november 1943 tot februari 1944. Hierna werd hij verplaatst naar Stalag Luft VI in Heydekrug. Hier verbleef hij van februari 1944 tot 15 april 1944 om vervolgens verplaatst te worden naar Stalag Luft IV. Hier verbleef hij van 19 april 1944 tot 6 februari 1945.
De laatste verplaatsing was naar Stalag XI B, te Falingbostel waar Antoni in april 1945 aankwam. Hier verbleef hij zo'n twee weken tot hij werd bevrijd.
Na de bevrijding uit het krijgsgevangenenkamp keerde Antoni terug naar Engeland. Hij nam de Britse nationaliteit aan en woonde in Romford, Essex. Hier trouwde hij in juli 1949 met Pauline Julia Furse.
Op 10 juli 1952 vertrok het tweetal vanuit Southampton aan boord van de Georgic richting Halifax, Canada. Het tweetal vestigde zich in Hamilton, waar Antoni ging werken als tv-elektricien en Pauline als juridisch secretaresse.
Antoni kwam te overlijden op 8 juni 1983. Pauline overleed in 1990.
Sergeant Zbigniew Idzikowski
Zbigniew Idzikowski werd geboren op 7 juni 1918 in Płock, Polen.
In juli 1940 meldde Zbigniew zich aan voor bij de Royal Air Force. Hier kreeg hij identificatienummer 'P782236'.
Bij de RAF werd Zbigniew ingedeeld bij RAF 301 Squadron, welke bestond uit Poolse vliegers. Hier vloog hij als boordschutter van een Vickers Wellington de volgende missies:
-
25 op 26 april 1941; Kiel, in Wellington R1227
-
2 op 3 mei 1941; Hamburg, in Wellington R1348
-
4 op 5 mei 1941; Brest (twee Duitse kruisers aanwezig in de haven), in Wellington R1348
-
6 op 7 mei 1941; Hamburg, in Wellington R1348
-
16 op 17 mei 1941; Keulen, in Wellington R1348
-
11 op 12 juni 1941; Düsseldorf, in Wellington R1348
-
25 op 26 juni 1941; Bremen, in Wellington R1492
-
29 op 30 juni 1941; Bremen, in Wellington R1492
-
3 op 4 juli 1941; Bremen, in Wellington R1492 (van deze missie keerde de bemanning niet terug)
Tijdens de laatste missie van Zbigniew wist hij tijdig het toestel te verlaten. Hij raakte lichtgewond en werd al snel gevangengenomen. Zbigniew werd eerst afgevoerd naar Dulag Luft, in Frankfurt, waar hij werd verhoord. Vervolgens ging hij naar Offlag (Offizierslager) IX C, in Bad Sulza. Hier verbleef hij van 19 juli 1941 tot 1 maart 1942.
Hierna werd Zbigniew overgeplaatst naar Stalag Luft III in Sagan waar hij verbleef van 3 maart 1942 tot mei 1943 om vervolgens verplaatst te worden naar Stalag Luft I in Barth. Hier verbleef hij van mei 1943 tot november 1943.
Vervolgens werd Zbigniew overgebracht naar Stalag IV B in Mülberg, waar hij verbleef van november 1943 tot februari 1944. Hierna werd hij verplaatst naar Stalag Luft VI in Heydekrug. Hier verbleef hij van februari 1944 tot juli 1944 om vervolgens verplaatst te worden naar Stalag Luft IV. Hier verbleef hij van 19 juli 1944 tot februari 1945.
De laatste verplaatsing was naar Stalag XI B, te Falingbostel waar Zbigniew in maart 1945 aankwam. Hier verbleef hij nog een maand tot hij werd bevrijd.
Na de bevrijding uit het krijgsgevangenenkamp keerde Zbigniew terug naar Engeland. Hij nam de Britse nationaliteit aan en woonde in Bramcote, Nottingham. Hier kwam hij op 16 januari 1993 te overlijden.
Sergeant Zdzisław Dzięgiel
Zdzisław Dzięgiel werd geboren op 21 juli 1919 in Borysław, Polen (heden ten dage onderdeel van Oekraïne).
Zdzisław in zijn uniform
In 1937 meldde Zdzisław zich aan voor bij de Poolse luchtmacht. Hij zou de eerste zijn die zich vrijwilliger aanbood om ten strijde te trekken. De eerste missie vloog Zdzisław op 2 september 1939 tegen de Duitse inval. Als lid van een bemanning van drie vielen ze een Duitse verkenningseenheid aan op de Kłobuck-Częstochowa weg.
Zdzisław, circa 1937
Op 28 juni 1940 meldde Zdzisław zich aan voor bij de Royal Air Force. Hier kreeg hij identificatienummer 'P782126'.
Zdzisław (in het midden) tussen twee ongeïdentificeerde collega vliegers
Zdzisław volgde zijn opleiding onder anderen bij No.18 Operational Training Unit te RAF Bramcote. Vervolgens werd hij toebedeeld aan 301 Squadron, waar hij op 22 juni 1941 arriveerde. Hier vloog hij als boordschutter van een Vickers Wellington de volgende missies:
-
29 op 30 juni 1941; Bremen, in Wellington R1492
-
3 op 4 juli 1941; Bremen, in Wellington R1492 (van deze missie keerde de bemanning niet terug)
Zdzisław (staand, tweede van links) tijdens zijn opleiding tot boordschutter
Tijdens de laatste missie van Zdzisław wist hij tijdig het toestel te verlaten. Hij raakte lichtgewond en werd al snel gevangengenomen. Door zijn verwondingen was Zdzisław niet in staat een poging om te ontsnappen te ondernemen. Hij herinnerde zich hoe hij, voor hij gevangen genomen werd, sigaretten met gouden punten kreeg aangeboden door de lokale Nederlandse bewoners.
Zdzisław werd eerst afgevoerd naar Dulag Luft, in Frankfurt, waar hij werd verhoord. Vervolgens ging hij naar Offlag (Offizierslager) IX C, in Bad Sulza. Hier verbleef hij van 15 juli 1941 tot 25 april 1942.
Hierna werd Zdzisław overgeplaatst naar Stalag Luft III in Sagan waar hij verbleef van 1 mei 1942 tot 6 juni 1943 om vervolgens verplaatst te worden naar Stalag Luft I in Barth. Hier verbleef hij van 8 juni 1943 tot 5 november 1943.
Vervolgens werd Zdzisław overgebracht naar Stalag IV B in Mülberg, waar hij verbleef van 11 november 1943 tot 11 februari 1944. Hierna werd hij verplaatst naar Stalag Luft VI in Heydekrug. Hier verbleef hij van 18 februari 1944 tot 19 juli 1944 om vervolgens verplaatst te worden naar Stalag XI B (357). Hier verbleef hij van 22 juli 1944 tot 6 augustus 1944.
Zdzisław als krijgsgevangene
Waar Zdzisław vervolgens heen werd verplaatst, en wanneer hij werd bevrijdt, is onbekend. Wel is bekend dat Zdzisław nog een ontsnappingspoging heeft ondernomen. Deze poging was succesvol, totdat hij nabij de Zwitserse grens weer gevangen genomen werd.
Na de bevrijding uit het krijgsgevangenenkamp keerde Zdzisław terug naar Engeland. Hij nam de Britse nationaliteit aan en woonde in Blackpool, Lancashire. Hier trouwde hij in april 1947 met Estelle Hilton-Tapp. Samen kregen zij vier kinderen
Zdzisław kwam op 10 september 1982 te overlijden in Carleton, Blackpool.
Niet veel later werd de formatie waargenomen door de eerste Duitse radarstations en al snel werden verschillende nachtjagereenheden gealarmeerd, waaronder Nachtjagdgeschwader 1 op vliegbasis Leeuwarden. Om 00:17 uur steeg Oberleutnant Helmut Lent, sinds 1 juli Staffelkapitän van 4. Staffel, in Bf 110D-3 G9+FM op om de Britse bommenwerpers te onderscheppen. Na gewacht te hebben in een ‘box’ in de lucht genaamd Löwe werd een Britse bommenwerper waargenomen. Wat volgde was een achtervolging van vijf minuten op zo’n 4600 meter hoogte, waarna Oberleutnant Helmut Lent met één salvo de linker vleugel van het toestel in brand wist te zetten. Hij noteerde zijn claim: “00:34 uur, SE Assen“. Oberleutnant Helmut Lent landde om 01:36 uur weer op Leeuwarden, na zijn tweeënveertigste inzet en dertiende claim.
Het toestel wat Oberleutnant Helmut Lent aangeschoten had was Wellington R1492 GR-M. Door het salvo raakte het toestel in brand en viel de hydrauliek weg. Door falende hydraulica blokkeerde de staartkoepel en zat staartschutter Zdzisław Dzięgiel vast in zijn koepel terwijl het neerstortte. Bolesław Stachon baande zich in het donker een weg door het vliegtuig naar de staartkoepel om Zdzisław Dzięgiel te helpen, dit terwijl het vliegtuig nog steeds werd aangevallen. Bolesław Stachon slaagde erin de koepel te draaien en de staartschutter te bevrijden. Tijdens deze geslaagde poging raakten beide bemanningsleden gewond door het salvo van de nachtjager. Hierop probeerde Zdzisław Dzięgiel, Bolesław Stachon te helpen. Echter bleek dat Bolesław Stachon al dood was. Zdzisław Dzięgiel zorgde er vervolgens voor dat alle andere bemanningseleden hun parachutes omhadden voordat hij zelf uit het neerstortende toestel sprong. Hij besloot Bolesław Stachon geen parachute om te doen vanwege de tijdgebrek.
Drie bemanningsleden sprongen boven Vlagtwedde uit het vliegtuig en twee anderen bij 2e Exloërmond. Niet veel later crashte Wellington R1492 GR-M brandend te 1e Exloërmond, met Bolesław Stachoń nog in het toestel. De overige vijf bemanningsleden werden krijgsgevangenen gemaakt en afgevoerd naar verschillende kampen.
Wellington Mk.Ic W5690 GR-W van 301 Squadron wordt bijgetankt te RAF Hemswell, Augustus 1941.
Bron: IWM
Nagenoeg een jaar later, op 3 juli 1942, stortte Wellington Z1314 GR-M bij Borger neer. Dit toestel behoorde tot hetzelfde Squadron en was tevens de voorganger van Wellington R1492 GR-M. Dit toestel had ook een bemanningslid met uitzonderlijk hoge rang aan boord (Wing Commander Maksymilian Longin Brzozowski), vlogen allebei een missie naar Bremen en werden allebei neergeschoten door dezelfde Duitse nachtjagerpiloot. Daarnaast hebben sommige bemanningsleden van beide toestellen meermaals met elkander gevlogen. Zo hebben beide gebeurtenissen, slechts op een paar uur één jaar na elkaar, opmerkelijk veel met elkaar gemeen!
In dezelfde avond werd er in het vlakbij gelegen Borger melding gemaakt van een aantal (brand)bommen die op het dorp terecht gekomen waren. Drie boerderijen, één gasthuis en een woning raakten in brand door deze bommen. Alle branden werden geblust, echter kon niet voorkomen worden dat één boerderij geheel afbrandde. Het is niet met zekerheid te zeggen, maar waarschijnlijk was dit de bommenlast die door de bemanning van Wellington R1492 GR-M werd afgeworpen nadat ze waren aangevallen.
Laten we de herinnering levendig houden aan wat Flying Officer Wacław Butkiewicz, Group Captain Bolesław Feliks Stachoń, Flying Officer Julian Stefan Palka, Sergeant Antoni Kazimierz Dydo, Sergeant Zbigniew Idzikowski en Sergeant Zdzisław Dzięgiel voor onze vrijheid deden.
Wacław Butkiewicz
Piloot
POW
Bolesław F. Stachoń
Co-piloot
KIA
Julian S. Palka
Waarnemer
POW
Antoni K. Dydo
Radiotelegrafist
POW
Zbigniew Idzikowski
Neuskoepelschutter
POW
Zdzisław Dzięgiel
Staartschutter
POW
Co-piloot Group Captain Bolesław F. Stachoń, het enige bemanningslid van Wellington R1492 GR-M dat sneuvelde, werd tijdelijk begraven op de begraafplaats te 1e Exloërmond. Hij werd na de oorlog gerepatrieerd naar Polish War Cemetery te Breda.
Rust in vrede.
Links het huidige graf van Bolesław Stachoń te Breda en rechts de oude zerk te 1e Exloërmond
Heeft u meer informatie over deze crash? Lever het aan
Bronnen:
- Archief Stichting Luchtoorlog Onderzoek Drenthe
- Nabestaanden Zdzisław Dzięgiel
- Nachtjagd Combat Archives – Theo Boiten
Het plaatsen van het Lost Wings informatiepaneel is in samenwerking mogelijk gemaakt door de Historische Vereniging Carspel Oderen.